U bent hier
'Deze regeringen voeren te weinig van het programma van de N-VA uit'

Nu de Zweedse coalities stilaan afronden, leeft bij de N-VA frustratie over de slagkracht van wat ooit de ‘droomcoalitie’ van Bart De Wever was. ’Deze regeringen voeren te weinig van het programma van de N-VA uit. Er zit dus niet te veel van onze partij in het beleid, maar te weinig. Het is een kritiek die ik ten volle deel.’
In een tekst op de opiniesite Doorbraak erkent Peter De Roover, federaal fractieleider van de N-VA, dat het Zweedse avontuur waar de partij in 2014 instapte, onvoldoende bevredigt. Terwijl links een verregaande sociale afbraak ontwaart, leeft aan de rechterkant het gevoel dat er net te weinig verandering is gekomen met de N-VA in de regering.
Het is die laatste kritiek die De Roover ter harte neemt. Te meer omdat ze deze zomer luider klinkt, tegen de achtergrond van een Vlaams en federaal zomerakkoord dat respectievelijk te regelneverig en te slap bevonden werd door de achterban, zelfs al nam Vlaams minister-president Geert Bourgeois het woord ‘historisch’ in de mond. ‘Vlaamse regering geen reclame voor Vlaanderen,’ vond de opiniesite Doorbraak. ‘De N-VA heeft niet gebracht wat ze beloofde,’ stuurde ex-N-VA’er Philip Roose zijn partij wandelen in Knack. En Jean-Marie Dedecker kapittelde vanop rechts de partij in ‘t Pallieterke. ‘De lafheid van de N-VA is één van de grootste ontgoochelingen van de politiek. Er is, gaande van de pensioenen tot de begroting, geen enkele verandering.’
Natuurlijk wil elke partij meer van haar programma gerealiseerd zien, maar voor de N-VA is het extra bitter dat de beloofde omslag in het beleid niet gezien wordt. Daarvoor was de partij immers bereid om het communautaire, haar corebusiness, even aan de kant te schuiven. Vier jaar later moet De Roover erkennen dat er in de verkiezingseuforie ‘overspannen verwachtingen’ waren geschapen. ‘In heel veel van de bedenkingen die we nu opgesomd zien, hebben de criticasters gewoon gelijk en ze klonken ook intern al meermaals.’
Vlaams fractieleider Matthias Diependaele deelt de visie van De Roover. ‘Als de achterban mort, dan is het inderdaad omdat het beleid rechtser mag. Ik herken dat. Zelf betreur ik het dat we de werkloosheidsuitkering in de tijd niet hebben kunnen beperken.’
Wantrouwen
Als reden voor het halfvolle of halflege glas verwijzen de fractieleiders naar de gebrekkige samenhang in de regeringen. In 2014 klonk het dat de ‘ideologische convergente’ afspiegelingsregeringen met CD&V, Open VLD en N-VA een recept voor daadkrachtig bestuur zouden zijn. Maar het wantrouwen prevaleerde.
’Als je ziet hoe de coalitiepartners maar ook de pers tegen ons zijn, dan vind ik dat we meer dan ons deel gerealiseerd hebben,’ zegt Diependaele. Hij wijst er onder andere op dat de Vlaamse begroting wel in evenwicht is en vindt dat de N-VA meer dan zijn voet heeft gezet in het onderwijsdossier. ‘Op andere dossiers zijn we toegeeflijker. In het energiedossier misschien zelfs te toegeeflijk.’
Het is de befaamde donnant donnant waar voorzitter Bart De Wever eerder over sprak. Binnen de partij leeft het gevoel dat ze veel heeft moeten slikken, vooral van CD&V. Om slechts een voorbeeld te geven: de verlaagde vennootschapsbelasting moest twee keer betaald worden: met een hogere roerende voorheffing én met een effectentaks.
’De coalitiepartners kunnen zich slechts herstellen van hun electorale opdoffers door het electoraat van de N-VA aan te boren,’ analyseert De Roover. ‘Dat er dan weinig geschenken onder de regeringsboom worden gelegd, is logisch.’ Ook de N-VA heeft daarbij fouten gemaakt, erkent hij, al wil hij niet zeggen welke.
Figuur Kris Peeters
Diependaele ziet de Zweedse spanningen dan weer verpersoonlijkt in de figuur van Kris Peeters (CD&V). ‘In het parlement keek ik op naar Peeters als Vlaams minister-president. Maar als federaal vicepremier snap ik niet waar hij mee bezig is. In hem ben ik erg teleurgesteld.’
Twee van de machtigste parlementsleden laken ook de machine van de parlementaire democratie waar de partij tegenaan is gelopen. ‘Die machine wordt gekenmerkt door traagheid, weerstand van het status quo, verwatering, subtiele obstructie, kortom al die dingen waarvan veel mensen hoopten dat ze als sneeuw voor de zon zouden smelten als de N-VA mee zou deelnemen aan het beleid.’ Het levert ‘veel frustratie’ op, erkent De Roover.
De frustraties doen vragen rijzen over de toekomstkansen van de huidige meerderheid. De Zweedse formule was de droomcoalitie van De Wever, maar uit die droom is zowat iedereen bij de N-VA ondertussen ontwaakt. Diependaele: ‘Inhoudelijk hoop ik dat we kunnen doorgaan op de ingeslagen weg. Maar ik weet eerlijk gezegd ook niet of dat met de huidige coalitie is.’ Veel alternatieven dienen zich niet aan. Rechtsere coalities zonder Vlaams Belang zijn mathematisch moeilijk denkbaar. En CD&V inruilen voor Groen, zoals soms geopperd wordt, lijkt op dit moment nog meer fricties en wantrouwen te impliceren.
In regeringskringen, waar de molen iets sneller draait dan in het parlement, is de toon dan ook milder. ‘Vergelijk je het met een situatie waarbij we alleen in de regering zitten, of met die waarbij we niet in de regering zitten? In het eerste geval ben je altijd ontgoocheld,’ valt te horen. ‘Het blijft waardevol om in deze centrumrechtse regeringen te zitten. De omslag in pakweg het veiligheidsbeleid, op de arbeidsmarkt, op het asielbeleid ... Denk je dat die met de socialisten zou zijn gebeurd?’
Bron: De Standaard, Ma. 13 Aug. 2018, Pagina 2