Zwerfvuil langs Oost-Vlaamse wegen blijft een probleem

Jaarlijks worden er vele duizenden tonnen afval opgeruimd langs Vlaamse gewest- en snelwegen. In Oost-Vlaanderen ging het vorig jaar om liefst 279 ton met een kostenplaatje van 1 miljoen euro. Vlaams volksvertegenwoordiger Matthias Diependaele (N-VA) vroeg aan mobiliteitsminister Ben Weyts naar de grootste probleemzones in de provincie om te zoeken naar de oorzaak en mogelijke oplossingen.

De afgelopen vijf jaar werd jaarlijks tussen de 279 en 366 ton aan zwerfvuil en sluikstorten langs de Oost-Vlaamse gewest- en snelwegen geruimd. In diezelfde periode schommelde de kostprijs voor de ophaling tussen 691.753 en 1.057.500 euro. De kostprijs van de ophaling is niet recht evenredig met het tonnage aan opgehaald afval. Bij het ruimen van autosnelwegen moet bijvoorbeeld meer signalisatie worden voorzien en is het kostelijker om de middenberm afvalvrij te maken. Daarnaast spelen ook andere factoren zoals de spreidingsgraad een rol.

“Ondanks de vele sensibiliseringscampagnes moeten we vaststellen dat afval langs de weg een groot probleem blijft. Daarom vroeg ik me af waar de probleemzones in de provincie zich bevinden, wat daarvan de oorzaak is en wat we er eventueel aan kunnen doen”, zegt Matthias Diependaele. Volgende ‘hotspots’ werden vastgesteld:

We stellen vast dat het blijkbaar verleidelijk werkt om afval achter te laten wanneer in de buurt van drukke wegen afgeschermde plaatsen te vinden zijn. Denk aan dienstwegen tussen de uit- en oprit  van autosnelwegen, carpoolparkings, bruggen en pechstroken. Van zodra men uit het zicht van het verkeer is en er geen sociale controle plaatsvindt, slagen kwaadwilligen hun slag.

“Onze provincie blijkt wel de beste leerling van de klas. In de andere provincies zijn de hoeveelheid probleemzones 20% tot 200% hoger en de totaal opgehaalde tonnages zijn 10% tot 300% hoger. Die verschillen tussen de provincies zijn te verklaren door het verschil in aantal filegevoelige of trage wegen. Langs deze wegen wordt meer zwerfvuil aangetroffen”, weet Diependaele.

Ook stelt het Agentschap Wegen en Verkeer alles in het werk om de gekende zones aan te pakken. Zo worden controles op het achtergelaten afval uitgevoerd en op basis van bewijsstukken PV’s  opgemaakt. Zo liepen vorig jaar nog 47 personen tegen de lamp. “Maar op sommige plaatsen blijft het dweilen met de kraan open”, beseft ook Diependaele. “We moeten er op blijven hameren dat zomaar afval achterlaten echt niet door de beugel kan”.