Echt pijn doen lukt nog niet

Door Matthias Diependaele op 23 juli 2015, over deze onderwerpen: Vlaamse regering

Na één jaar is het zo klaar als een klontje: de SP.A is de slechte oppositie, Groen de goede. De meerderheid herinnert de Vlaamse socialisten voortdurend aan de erfenis van 27 jaar Vlaamse regeringsdeelname. ‘We staan er nog niet, dat weet ik’, zegt fractieleider Joris Vandenbroucke. ‘Maar wees gerust, we geraken er wel.’

’Tien jaar lang de minister van Onderwijs leveren en dan beginnen te orakelen: als ik het voor het zeggen had, dat is toch raar.’ Minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V) legt de vinger op de SP.A-wonde. Zevenentwintig jaar lang maakten de Vlaamse socialisten deel uit van de Vlaamse regering. Dan is het blijkbaar even aanpassen om oppositie te voeren. De lastige switch van meerderheid naar oppositie is nog niet verteerd en de meerderheidspartijen herinneren de SP.A daar graag aan.

Als de Vlaamse regering de oversubsi­diëring van de zonnepanelen moet corrigeren, bijvoorbeeld, haalt minister van Energie Annemie Turtelboom (Open VLD) uit naar haar voorgangster Freya Van den Bossche (SP.A). Hoewel niet alleen de SP.A in dat dossier boter op het hoofd heeft, blijft die dodelijke perceptie hangen. Zo vergaat het de partij wel vaker. ‘De schuld van de socialisten’, klinkt het dan unisono. ‘Ze hebben te lang te veel geld over de balk gegooid en nu zitten wij met de gebakken peren.’

Die framing haalt het voorlopig van de SP.A-retoriek die de regering afschildert als asociaal. ‘Maar niet elke verandering of modernisering ís asociaal’, zegt Koen Van den Heuvel, de fractieleider van CD&V. Als deze regering erin slaagt om zich te profileren als hervormer en vernieuwer, dreigt de SP.A zelfs in het kamp van de conservatieven te belanden.

Komt daar nog bij dat de Vlaamse socialisten zelf meer interne problemen hadden dan de Vlaamse regering, en dat wil wat zeggen. De exit van Bruno Tobback sleepte maandenlang aan. De fractiewerking leed eronder. Eén voordeel had de Vlaamse fractie wel: de uitdager van Tobback, John Crombez, stond aan het roer en dat hield de boel nog enigszins samen.

 

Alternatieven

De kaarten van Groen liggen voorlopig een stuk beter. De partij sleept geen recente regeringsdeelname mee. De grote vernieuwing én een beschaafde voorzitterswissel zijn al een tijdje achter de rug. En de framing tegen de SP.A heeft als neveneffect dat de oppositie van Groen wel hoog wordt ingeschat, ook door de meerderheid.

’Björn Rzoska(fractieleider van Groen, red.) vind ik absoluut een politiek talent’, zegt Liesbeth Homans (N-VA). ‘De eerste tussenkomst van Joris Vandenbroucke als nieuwe SP.A-fractieleider vond ik ook héél oké’, voegt zij er snel aan toe. ‘Maar de groenen bieden tegelijkertijd alternatieven. Ze vallen het beleid aan én presenteren andere opties. Daarmee bouw je geloofwaardigheid op.’

Een gelijkaardige analyse maakt Bart Somers, fractieleider van Open VLD: ‘Groen levert constructiever oppositiewerk, de SP.A maakt tot nu toe weinig indruk.’

SP.A-fractieleider Vandenbroucke is het daarmee oneens. ‘Bij de begrotingscontrole komt Groen met een Vlaamse taxshift en dan vindt iedereen hen constructiever’, repliceert hij. ‘Ook wij komen wel degelijk met alternatieven. Caroline Gennez heeft een conceptnota gemaakt over het masterplan scholenbouw, ik over De Lijn, Yasmine Kherbache en Rob Beenders presenteerden een alternatief voor het doelgroepenbeleid. Dat zijn stuk voor stuk gedegen werkstukken.’

 

Vlaamse flank

Aan de andere kant van het politieke spectrum hoeft de regering voorlopig weinig te vrezen. Vlaams Belang is nog maar een fractie van wat het vroeger was. Al heeft het met voorzitter Tom Van Grieken en fractieleider Chris Janssens wel enkele sterkhouders. De partij selecteert zorgvuldig dossiers die de Vlaamse flank van de N-VA moeten aanspreken. Maar voorlopig pakt de mayonaise niet. ‘Nee, Vlaams Belang doet ons geen pijn’, vindt Matthias Diependaele. ‘Onze Vlaamse achterban begrijpt onze keuze.

 

Antea

’Op geen enkel moment heeft de oppositie indruk gemaakt op mij’, beweert minister-president Geert Bourgeois (N-VA). ‘Ze kan ons niet in de problemen brengen.’

Daar denkt de oppositie zelf anders over. ‘We brachten aan het licht dat het adviesbureau Antea Group zowel advies verleent aan de Vlaamse regering als aan Uplace’, brengt John Crombez in herinnering. De Vlaamse regering baseerde een nieuw ruimtelijk plan voor Uplace in grote mate op een studie van Antea. Later bleek dat de studie steunde op verouderde mobiliteitscijfers, wat erg vervelend is voor minister van Omgeving Joke Schauvliege (CD&V). Na één jaar regering verdedigt geen van de drie meerderheidspartijen de komst van Uplace nog voluit.

Ook Björn Rzoska herinnert zich enkele moeilijke momenten voor de regering.’Wij hebben Bourgeois vorige zomer teruggehaald uit vakantie, toen de besparingsmaatregelen één voor één uitlekten. We hebben de meerderheid toen echt opgejaagd.’

Toch heeft de oppositie nog een weg af te leggen om de juiste focus te vinden. Zo bracht Joris Vandenbroucke minister Turtelboom even in verlegenheid over haar eigen communicatie over de communicatie van federaal minister Johan Van Overtveldt(DS 10 juni). Maar wie zal in 2019 nog weten waarover dat dispuut eigenlijk ging?

’We staan er nog niet, dat weet ik ook wel’, antwoordt Vandenbroucke. ‘Maar wees gerust, we geraken er wel. Deze regering zal het nog moeilijk krijgen.’ Björn Rzoska kan dat alleen maar toejuichen. ‘Wij hebben niets te winnen bij een zwakke SP.A.’

 

Bron: De Standaard,Do. 23 Jul. 2015, Pagina 10

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is