U bent hier
Belangrijke vondst: Archeologen ontdekken het lang vergeten kasteel van Woestijne

Matthias Diependaele, Vlaams minister van Onroerend Erfgoed, stelt de resultaten voor van een groot archeologisch onderzoek in Aalter-Woestijne. “De archeologen hebben hier titanenwerk verricht op een zeer grote oppervlakte”, zegt minister Diependaele. “De resultaten tonen sporen van bewoning, wegen en grafmonumenten, gespreid over vele duizenden jaren. De onderzoekers deden met de bakstenen restanten van het lang vergeten kasteel van Woestijne een belangrijke vondst, die een nieuw licht werpt op de geschiedenis van Aalter.”
Tussen maart 2010 en januari 2012 voerde het agentschap Onroerend Erfgoed archeologisch onderzoek uit op een terrein van 20 ha in Aalter, langs het kanaal Gent-Brugge. “
“Het was een van de grootste opgravingen ooit in Vlaanderen. Ze leverde een schat aan unieke informatie op over een periode die zich uitstrekt van de prehistorie tot de 18e eeuw, met als hoogtepunt de ontdekking van de laatste bakstenen restanten van een verdwenen en vergeten kasteel”, verduidelijkt Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele. Vandaag verschijnt de publicatie van de opmerkelijke onderzoeksresultaten, ‘Aalter-Woestijne, een geschiedenis van meer dan 5000 jaar …’, in de reeks Relicta Monografieën.
De Vlaamse Waterweg maakte plannen voor de aanleg van 32 ha watergebonden industrieterrein op de zandvlakte van Woestijne. Onroerend Erfgoed deed er een voorafgaand archeologisch onderzoek, in samenwerking met de Universiteit Gent. Luchtfoto’s van het terrein lieten vermoeden dat de resultaten van dat onderzoek weleens opmerkelijk zouden kunnen zijn. Deze verwachtingen zijn uiteindelijk nog overtroffen. “De belangrijkste vondst is zonder twijfel de restanten van het compleet vergeten kasteel van Woestijne. Het werd aan het einde van de 14e eeuw gebouwd door de adellijke familie van Vlaanderen, heren van Woestijne sinds 1376”, vertelt minister Diependaele.
“De familie van Vlaanderen was nauw verbonden met het Bourgondische hof”, zegt Koen De Groote, auteur en archeoloog bij Onroerend Erfgoed. “Ze bekleedde belangrijke functies in de hofhouding van de Bourgondische hertogen en van keizer Karel V. Hun woning, het kasteel van Woestijne, was een vierkant bakstenen gebouw, typisch voor die tijd. Ideaal voor het combineren van een militaire functie met die van residentie van een adellijke familie.” Toch is de bewoning van het kasteel maar van korte tijd duur geweest. De Groote: “Onderzoek van het afval in de slotgracht suggereert dat het kasteel honderd jaar na de bouw enkel nog als jachtslot diende. We vonden er een indrukwekkende hoeveelheid edelhertbot, de grootste ooit opgegraven in Vlaanderen. Het bewijst de hoge sociale status van de familie van Vlaanderen in de late middeleeuwen.”
Aalter-Woestijne is een zogenaamde ‘alle-periodensite’. Zoals de titel van het boek verklapt, geven de opgravingsresultaten een beeld van meer dan 5000 jaar menselijke bewoning op deze zanderige vlakte aan de vroegere Durme. De onderzoekers vonden er, naast woningen uit alle periodes, onder meer restanten van een prehistorische weg die langs meerdere grafheuvels liep, een ritueel centrum uit de ijzertijd met grachten en palissades van honderden meters lang, twee grafvelden en een uitzonderlijk grafmonument uit de Romeinse periode, en een 18e-eeuws militair kamp.
Het boek ‘Relicta Monografie 18: Aalter-Woestijne, Een geschiedenis van meer dan 5000 jaar …’ (ISBN 978 94 929 4483 2, 420 blz.) is een uitgave van Onroerend Erfgoed en is gratis te downloaden in het Open Archief: https://oar.onroerenderfgoed.be/item/5429